Appearance
Use device theme  
Dark theme
Light theme

What does over mean in Dutch?

English Translation
More meanings for over
about preposition
ongeveer, om, omstreeks, omtrent, rondom
on preposition
op, aan, in, bij, met
over adverb
boven, bij, voorbij, aangaande, uit, over ... heen, al te veel, afgaande
of preposition
van, bij
across adverb
aan de overkant, aan de overkant van, dwars, dwars door, dwars over
in preposition
in, op, bij, aan, te
along preposition
langs, door
by preposition
door, van, op, met, bij
via preposition
via
beyond preposition
buiten, voorbij, boven, behalve
past preposition
langs, voorbij, na, buiten
above preposition
boven, meer dan, boven ... uit, boven ... verheven
behind preposition
achter, na
supra adverb
boven, super, opper
after the lapse of preposition
na afloop
away adverb
weg, heen, vandoor, er op los, voort
Find more words!
Use * for blank tiles (max 2) Advanced Search Advanced Search
Use * for blank spaces Advanced Search
Advanced Word Finder
See Also in Dutch
Similar Words
voorbij adjective, preposition, adverb
passed, past, over, beyond, by
Nearby Translations
Translate from Dutch
go
Word Tools Finders & Helpers Apps More Synonyms
Copyright WordHippo © 2024